Voorzichtig ontdeed ze het instrument van zijn hoes. Al twee jaar staat hij daar zwijgend op haar kamer. In een hoekje gezet, veilig dat wel.
Tot ineens die behoefte weer opkwam. Het muziekboekje werd tevoorschijn gehaald, stof werd er vanaf geblazen. Het simpelste lied werd opgezocht en voorzichtig werden de snaren gezocht. Langzaam brachten die snaren een geluid in de ruimte. Geluiden die zich in haar oren vormden tot een lied. Een lied van vertrouwen op God, terwijl het dieptepunt van vertrouwen bereikt was. Waarom? Opnieuw? Vragen die zochten naar een antwoord en alleen de stilte klonk.
Totdat die stilte verstoord werd door het geluid van de snaren. 'k Stel mijn vertrouwen op de Heer mijn God, klonk het door de stilte heen. Elke keer opnieuw iets soepeler, iets meer vertrouwt.
Het repertoire werd uitgebreid.
Hoe stil de stilte buiten klonk, hoe luidruchtig het van binnen was. Was het daarom dat mijn vingers het lied 'Stil, mijn ziel stil', zo makkelijk vonden?!
De trillingen van de kast van de gitaar stilden de onrust in mijn buik. Een melodie klonk door de ruimte en vulden het hart.
"Stil mijn ziel, wees stil
en laat nooit los
de waarheid die je steeds omarmd heeft.
Wacht, wacht op de Heer,
de zwartste nacht
verdwijnt wanneer het daglicht doorbreekt."
Letterlijk en figuurlijk een lijflied. Een lied dat door het hele lijf ging, de trillingen, de melodie, de woorden.
Steeds werden er andere liederen uitgeprobeerd. Toen, na een zondagmiddag bladeren door een bundel een lied voorbij kwam die eerder als onmogelijk bestempeld werd.
De gitaar werd op schoot getrokken, de vingers op de snaren gezet en daar klonk het:
"Heer ik kom tot U;
neem mijn hart, verander mij,
als ik U ontmoet, vind ik rust bij U.
Want Heer ik heb ontdekt,
dat als ik aan uw voeten ben,
trots en twijfel wijken
voor de kracht van uw liefde.
Houd mij vast, laat Uw liefde stromen.
Houd mij vast, heel dicht bij Uw hart.
Ik voel Uw kracht en stijg op als een arend;
dan zweef ik op de wind,
gedragen door Uw Geest
en de kracht van Uw liefde.
Daar is die stilte weer. Maar nu een andere stilte. Stilte van ontzag, verwondering en dankbaarheid. Dit erfstuk dat al ruim vijf jaar op mijn kamer stond, dit paste in Gods plan. Een simpel instrument, waar ik eerder geen geduld voor had. En nu, op de tijd waar alle geduld verdwenen was, daar was de kracht om het instrument te pakken. Op het moment dat lofliederen niet zingbaar meer waren, gaf God een ander lied. 'Vertrouw maar op Mij, Mijn kind! Het komt goed. In Mij is jouw levensplan veilig!'
Hoe voorzichtig de snaren werden aangeraakt, zo voorzichtig werd er kennis gemaakt met Gods trouw. Het vergt oefening. Een dag niet geoefend betekent extra investeren. Uitgeleerd raak je nooit, steeds is er een nieuw lied, een nieuw melodie. En er komt een tijd dat ik klaar ben voor de moeilijke akkoorden, voor een verdieping in vertrouwen. God maakt mij daar klaar voor. Maar nu eerst:
"Heer, kom dichterbij
dan kan ik Uw schoonheid zien
en Uw liefde voelen, diep in mij.
En Heer, leer mij Uw wil,
zodat ik U steeds dienen kan
en elke dag mag leven
door de kracht van Uw liefde.
dan zweef ik op de wind,
gedragen door Uw Geest
en de kracht van Uw liefde"
Wat heb je dit mooi geschreven. Misschien ga ik toch ook maar eens mijn gitaar onder het stof vandaan halen. Je inspireert me.
BeantwoordenVerwijderenDank je wel Ariëlla, wauw, ik vind het echt gaaf en wonderlijk dat ik mensen mag inspireren!
BeantwoordenVerwijderen