Ik geniet van dit soort gesprekjes. Het vertrouwen op God komt zo mooi naar voren. Dit soort momenten van het grote geloof van kinderen probeer ik in mijn hart te bewaren. Ik vind dat kinderen zo geweldig dicht bij God leven, hoe ze vol enthousiasme kunnen zingen en vertellen. Zo onbevangen.
En dan lees ik het stukje uit Jeremia 17.
wiens toeverlaat de Heer is.
Hij is als een boom geplant aan water,
zijn wortels reiken tot in de rivier.
Hij merkt de komst van de hitte niet op,
zijn bladeren blijven altijd groen.
Tijden van droogte deren hem niet,
steeds weer draagt hij vrucht.
Ik zie hier de overeenkomst met kinderen. Kinderen vertrouwen met heel hun wezen op God. En ook al dreigt er gevaar, ze blijven vol vertrouwen. Ik als volwassene heb daar iets meer moeite mee. Ik stel meer vragen, snap soms niet waarom. Die vragen vreten aan mijn vertrouwen. De satan lacht in zijn vuistje. Nee, hij buldert over de wereld. Dít is wat hij wil.
Wat doe jij? Meedoen aan Satans vuile spelletje? Of dicht bij God leven, Zijn (als) kind. Niet bang hoeven te wezen voor verdriet en pijn omdat God je draagt.
Je mag je gezegend weten, als je dicht bij God leeft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten