Maar voor wie tevreden is met wat hij heeft, is het geloof grote winst.
Wij hebben niets in deze wereld meegebracht en kunnen er ook niets uit meenemen.
Wij hebben voedsel en kleren, laten we daar tevreden mee zijn.
Wie rijk wil worden, staat bloot aan verleiding, raakt in een valstrik en valt ten prooi aan dwaze en schadelijke begeerten die een mens in het verderf storten en ten onder doen gaan.
Want de wortel van alle kwaad is geldzucht. Door zich daaraan over te geven, zijn sommigen van het geloof afgedwaald en hebben ze zichzelf veel leed berokkend.
Maar jij, een dienaar van God, moet je hier verre van houden.
Streef naar rechtvaardigheid, vroomheid, geloof, liefde, volharding en zachtmoedigheid.
Strijd de goede strijd van het geloof, win het eeuwige leven waartoe je geroepen bent en waarvan je in aanwezigheid van velen zo’n krachtig getuigenis hebt afgelegd.
Ten overstaan van God, die alles in leven houdt, en Christus Jezus, die voor Pontius Pilatus een krachtig getuigenis heeft afgelegd, draag ik je op je taak vlekkeloos en onberispelijk uit te voeren, totdat onze Heer Jezus Christus verschijnt op de dag die is vastgesteld door de verheven en enige heerser, de hoogste Heer en koning. Hij alleen is onsterfelijk en hij woont in een ontoegankelijk licht; geen mens heeft hem ooit gezien of kan hem zien.
Aan hem zij de eer en de eeuwige kracht. Amen.
Bij het lezen van deze tekst word ik helemaal warm. Er staat zoveel in. Ik ga kijken of ik het allemaal bij langs kan lopen.
Het eerste stukje kan ik goed gebruiken. Ik weet van mijzelf dat ik soms nogal kan klagen. Dit is niet goed, dat is niet goed en zo is het al helemaal niet goed! Ik vergeet daarin wel eens te genieten en tevreden te zijn. Hier wordt heel duidelijk gezegd dat we tevreden mogen zijn met voedsel en kleren. Niet meer, niet minder. Dat zou in feite genoeg moeten zijn. Oeh, ik merk dat in dat zinnetje al ongeloof in door klinkt. Want wat hebben we onszelf rijk gemaakt met auto's, huizen, laptops, telefoon en ga zo maar door. Soms denk ik wel eens dat ik gewoon verslaafd ben aan spullen, ik zou niet weten wat ik moet doen als ik het niet zou hebben. Toch denk ik stiekem wel eens hoe lekker het zou zijn om zonder die druk van 'het hebben' te kunnen leven. Want door alles te willen hebben gaat mijn aandacht af van een belangrijk punt: God! Als ik iets in een reclamefolder zie staan dan wil ik het soms meteen hebben! Maar ik vraag mij af of mijn reactie hetzelfde zou zijn als het om geloof gaat, ik ben namelijk bang van niet. Daarom wordt ons de opdracht gegeven om ons verre daarvan te houden. Om je niet mee te laten trekken door de wereld. Moeilijk lijkt mij dat! Want ik wil graag meedoen met de wereld, erbij horen, niet het vrome buitenbeentje zijn. En ik weet ook wel dat het belangrijker is wat God van mij denkt, dan dat wat de wereld van mij denkt. In de praktijk is het niet makkelijk. Ik besef dat dat bij het geloofsleven hoort. Dat is de strijd die denk ik hoort bij het geloof. Niet totaal, daar hoort denk ik nog veel meer bij, maar het is zeker wel een onderdeel.
Ik merk in mijn leven dat het goed is om te werken aan zaken die in dit Bijbelstukje staan. Ik herhaal ze, ze kunnen niet vaak genoeg herhaalt worden. Rechtvaardigheid. Vroomheid. Geloof. Liefde. Volharding. Zachtmoedigheid. Ik denk dat ik deze woorden in mijn hart laat graveren, zodat ik altijd bij bepaald wordt, ze zijn zo belangrijk!
Dat laatste stukje richt mijn hart op Hem, dat vind ik zo bijzonder mooi. Zonder Hem kan ik niets, ben ik niets. Hij is mijn Redder, mijn Helper. Hij zal mij de weg wijzen en leren hoe ik moet leven. Tot Hem mag ik mijn loflied zingen en mijn gebeden opzenden. Hij zal mij horen en helpen. Wauw, wat een voorrecht dat ik Zijn kind mag zijn!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten